resultaat waardewiel TU/e Urban Labs en Fontys Hogeschool

Waardenwiel

Het Waardenwiel is ontwikkeld in het kader van het project Bloeiende Broedplaatsen vanuit lectoraat De Ondernemende Regio van Fontys Hogeschool en TU/e Urban Labs Eindhoven. Bloeiende Broedplaatsen is een landelijke samenwerking van (docent-)onderzoekers, studenten en professionals uit de creatieve industrie en het ruimtelijke domein waarbij de gezamenlijke aanpak zich richt op de essentie van het begrip ‘waarde’ vanuit zowel cultureel-maatschappelijk als financieel-economisch perspectief.

Onderzoekers van Fontys Hogeschool en de TU Eindhoven ontwikkelden (een prototype van) een nieuw instrument, het Waardenwiel, dat broedplaatsen kan helpen om hun maatschappelijke waarde inzichtelijk te maken. Dit gereedschap is gebaseerd op de bekende canvas-modellen zoals deze in de bedrijfskunde worden toegepast, denk aan het Business Model Canvas en het Value Proposition Canvas (Osterwalder, 2005). Hoewel deze publieke meerwaarde breed wordt gevoeld en erkend, blijken bestaande rekenmodellen en prestatie-indicatoren niet goed toegerust om deze waardencreatie op gelijke voet te wegen met bijvoorbeeld financiële waarde. Uitdagingen hierbij zijn onder meer dat maatschappelijke impact vaak indirect tot stand komt, een vertraagde doorwerking kent en zich bovendien niet altijd kwantitatief of objectief laat meten.

Het ‘Waardenwiel’ dient als gesprekshulpmiddel voor initiatiefnemers van broedplaatsen om samen met stakeholders de bijdrage van de locatie aan uiteenlopende publieke waarden in kaart te brengen, en daarbij tevens de randvoorwaarden te benoemen die noodzakelijk zijn om deze waardecreatie te realiseren.



Uit artikel “Broedplaatsen nieuwe energie voor binnensteden

Toekomst
Omdat het schipperen is met ruimte, kunnen broedplaatsen het onderspit delven doordat andere gebruiksfuncties commercieel interessanter zijn. Om hieraan weerstand te bieden, pleiten de onderzoekers voor een herpositionering van de broedplaats. “Waar het aan schort is dat beleidsmakers vaak te sectoraal kijken”, vertelt Bart de Zwart. “Bijvoorbeeld zuiver economisch. Terwijl de waarde van broedplaatsen er juist in zit dat ze cultuur, welzijn, ondernemerschap en ruimtelijke ontwikkeling combineren.” Zelf omhelzen de broedplaatsorganisaties die brede reikwijdte al. “Ze verbreden hun rol door zich te richten op steeds meer maatschappelijke activiteiten, op het gebied van welzijn, arbeidsparticipatie, inclusie, enzovoorts. Heel breed en laagdrempelig. De culturele kant blijft dominant, maar dat is geen punt.”

Juist die brede horizon is een belangrijke les voor de toekomstige ontwikkeling van broedplaatsen. “Dan heb je het dus, naast het culturele en creatieve aspect, over meervoudige waardecreatie. Veel verbindende elementen in de buurt, zoals wijkcentra, verdwijnen. Broedplaatsen springen dan in dat gat, als ontmoetings- en evenementenplek.” Mooi bijkomend aspect is dat broedplaatsen vaak bottom-up ontstaan, als burgerinitiatief, wat maakt dat de lokale burger automatisch betrokken is. “Broedplaatsen staan buiten de ambtelijke systeemwereld. Ze ontstaan organisch, en hebben door hun alternatieve karakter veel te bieden.”

lees hier het hele artikel

—————————————————————————————————-

Resultaat

Tijdens de bijeenkomst op woensdag 15 februari 2023 is het canvasmodel door de deelnemers in verschillende groepen gezamenlijk ingevuld. Onderzoekers van TU/e en Fontys faciliteerden de workshop vanuit een (neutrale) rol als gespreksmoderator. De resultaten van de workshop (het ingevulde canvas) dienen als input voor het Werkwarenhuis om haar waardepropositie te verrijken (inhoudelijk) en als input voor het onderzoeksproject (procesmatig).

 

 

———————————————————————————————————-

INDELING GROEPEN

A ) Cultureel – Economisch

  1. Geert Snijders (senior)
    voormalig wethouder cultuur / stond aan de basis 10 jarig experiment Tramkade
  2. Jeffrey Meulman
    directeur Verkadefabriek
  3. Geert Snijders (junior)
    ontwerper Snijders design, meebouwer
  4. Edwin Vollebergh
    ontwerper Studio Boot
    mede initiatiefnemer Werkwarenhuis

———————————————————————————————————-

B) Economisch – Ruimtelijk 

  1. Maarten de Wolff
    kwartiermaker Bossche Stadsdelta
  2. Frans van Dooremalen
    voormalig directeur Brabant C
  3. Edwin Persaud
    senior projectmanager gebiedsontwikkeling gemeente Rotterdam
    (destijds nauw betrokken bij 10jarig experiment Tramkade)
  4. Will Hoeben
    huurder sociaal ondernemer De Winkel die Werkt
  5. Petra Janssen
    ontwerper Studio Boot, mede initiatiefnemer Werkwarenhuis en Social label, Kwartiermaker Tramkade

———————————————————————————————————-

C ) Ruimtelijk – Sociaal

  1. Jaap Schoufour
    Stipo, adviseur broedplaatsenbeleid gemeente
  2. Dewi van Maaren
    beleidsmedewerker Sport & Bewegen, Dukebox /urban dans
  3. Moniek Maas
    vrijwilliger stichting Social Label, voormalig onderwijs coach

———————————————————————————————————-

D) Sociaal – Cultureel 

  1. Loes van Huisseling
    beleidsmedewerker cultuur gemeente Den Bosch
  2. Raoul Wilke
    ontwerper studio Turbo, DJ muziek, huurder en bezoeker
  3. Keesje Hoes
    coordinator Buurtbemiddeling 073, welzijnswerker en bezoeker
  4. Simone Kramer
    C-mone, mede initiatiefnemer Werkwarenhuis en Social label, Kwartiermaker Tramkade

———————————————————————————————————-

Ontdekkingstocht (inhoudelijk) Met het Waardenwiel als hulpmiddel wordt een relatie gelegd tussen enerzijds de activiteiten van het Werkwarenhuis en de waarden die daarbij nagestreefd worden en anderzijds de waarden die door anderen (o.a. de gemeente) worden nagestreefd en in beleidsstukken (oa ambitie Bossche Stadsdelta) zijn benoemd. Het Waardenwiel is dus vooral een manier om de dialoog tussen verschillende stakeholders over de relatie tussen activiteiten en waarden te stimuleren waarbij verschillende meningen en perspectieven mogelijk zijn. Een ontdekkingstocht hoe partijen met verschillende belangen en zienswijzen elkaar beter begrijpen en tegemoet kunnen komen.

Leerpunten (procesmatig) Het waardenwiel met draaiende schijven kan heel nuttig zijn om relaties te leggen tussen activiteiten en waarden (beleid). Alleen de relatie tussen input, output, outcome en impact kan nog inzichtelijker worden gepresenteerd. Een ander leerpunt lijkt dat het niet voor iedereen helemaal duidelijk was wat het verschil is tussen de drie cirkels: activiteiten van de broedplaats (geel), resultaten (blauw) en waarden (rood). Een derde leerpunt dat daar me te maken heeft is dat zowel broedplaats-beheerders en gebruikers als beleidsmakers geneigd zijn om activiteiten en waarden heel direct met elkaar te verbinden. Het waardenwiel is ook een manier om inzichtelijk te maken dat hier een strategische laag tussen moet zitten (resultaten): in deze laag worden de activiteiten ingebed in een bredere context zoals integrale gebiedsontwikkeling of een sociaal programma. Deze laag is tegelijkertijd een manier om het abstracte beleid te concretiseren zonder dat direct te koppen aan concrete activiteiten van broedplaatsen (of indicatoren die deze activiteiten monitoren). Dit is belangrijk omdat dit broedplaatsen meer ruimte kan geven bij de uitvoering van hun programma.

———————————————————————————————————-

Organisatie

  •  Bart de Zwart             Onderzoeker Fontys Eindhoven en Groningen/projectleider Bloeiende Broedplaatsen / Lector Vastgoed Hanzehogeschool (tafelvoorzitter)
  • Marcel Musch              Projectleider Urban Labs/ TU Eindhoven en directeur Rotterdamse Academie voor Bouwkunst (gespreksleider))
  • Jard van der Lugt        TU/e Urban Labs (tafelvoorzitter)
  • Willemijn Pouwels     Fontys (tafelvoorzitter)
  • Astrid Cats                   Fontys/freelance (tafelvoorzitter)
  • Mijke Pol                      Schrijver/(erfgoed)historicus (verslag)
  • Petra Janssen              Werkwarenhuis
  • Simone Kramer           Werkwarenhuis

———————————————————————————————————-

Aanpak

Eerste gespreksronde in verschillende groepen:

De deelnemers worden uitgenodigd om te reflecteren op de clusters van publieke waarden die in de buitenste ring van het model zijn beschreven (twee kwadranten) en deze verder te concretiseren voor de Bossche situatie.

  • Zijn de onderwerpen binnen deze thema’s herkenbaar?
  • Op welke manier spelen deze in de Bossche context?
  • Welke waarden zijn voor Den Bosch extra belangrijk?

Tweede gespreksronde in verschillende groepen:

De deelnemers worden uitgenodigd om een relatie te leggen tussen de activiteiten van het Werkwarenhuis en de publieke waarden die zojuist in de buitenste ring zijn beschreven.

  • Op welke manier dragen de huidige activiteiten van WW bij aan de genoemde publieke waarden?
  • Op welke manieren zouden de activiteiten van WW in potentie nog meer kunnen bijdragen aan de beschreven publieke waarden?
  • Dragen de huidige activiteiten bij aan andere publieke waarden dan tot dusver beschreven?

Tot slot wordt in plenaire afsluiting de randvoorwaarden die nodig zijn om de waardecreatie die nu in het wiel beschreven is ook daadwerkelijk te laten plaatsvinden:

  • Welke condities zijn nodig? (ruimte, geld, regelgeving, regie)
  • Wat is het belang van de(ze) specifieke locatie?
  • Welke interne stakeholders zijn nodig?
  • Welke externe stakeholders zijn nodig?
  • Hebben bepaalde gecreëerde waarden prioriteit over andere?

———————————————————————————————————-

Erfgoedhistoricus, journalist en schrijver Mijke Pol schreef na afloop dit essay.

hier lezen

 

Waardenwiel sessie